- E-mail: tschoo@home.nl
Archief
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bijdrage DOP in eerste termijn begroting 2017 in november 2016.
Voorzitter,
Bij de behandeling van deze begroting wil ik beginnen om mijn inleiding van mijn bijdrage bij de kadernota te herhalen. Dat doe ik met een bewuste reden, die ik in het vervolg van mijn bijdrage nader zal uitleggen.
Bij de behandeling van de kadernota ben ik als volgt begonnen:
„Opvallend is dat er landelijk veel te doen is over zaken die niet goed gaan in het sociaal domein waar gemeenten voor verantwoordelijk zijn. En dan heb ik het over harde kritiek en grote zorgen, afkomstig van zowel oppositie, coalitie en van de regering. Opvallend is dat de kritiek en zorgen vanuit de landelijke politiek over het lokale gemeentelijk beleid de afgelopen tijd lijkt toe te nemen.”
„Opvallend is dat het in politiek Emmen vrij rustig is als het gaat over het sociaal domein. Alsof de grote bezuinigingen onze burgers niet of nauwelijks hebben geraakt en onze burgers tevreden zijn hoe hier de bezuinigingen zijn doorgevoerd.”
Mijn bijdrage bij de kadernota sloot ik met de volgende woorden af:
„Geacht college, ik begrijp dat het niet altijd eenvoudig is problemen met de raad te delen. Dat de invoering van nieuwe taken onder enorme tijdsdruk heeft moeten gebeuren. Echter in het belang van onze burgers zou het goed zijn als u een eerlijke evaluatie maakt tezamen met andere gemeenten. Want als er een moment is voor aandacht voor structurele problemen dan is het de komende tijd.”
Ik wil bij de aandacht voor de structurele problemen nog niet eens voor de gemakkelijkste weg kiezen. De gemakkelijkste weg door alleen voor meer geld te pleiten. Je zou aan de volgende 3 oplossingsrichtingen kunnen denken:
- Aanpassing wetten / duidelijkere wetgeving
- Hogere budgetten om gemeentelijke taken goed uit te voeren
- Eerlijker zijn dat het minder is geworden en dat dit een landelijke keuze is en geen gemeentelijke. (Dat gemeenten niet alles veel beter en veel goedkoper kunnen.)
En afhankelijk van je politieke kleur zal iedere politieke partij hierover zijn eigen gedachten hebben welke oplossingsrichtingen de beste zijn. Dat is onderdeel van politiek en democratie. Dat mag, dat kan en is ook goed. Maar het zou ons sieren, de problemen die we in Emmen ervaren in het sociaal domein, te delen met de landelijke politiek.
En dat lang niet alles goed is gegaan en niet goed gaat is ook geen schande. Tenminste als we ons realiseren dat het bij de decentralisaties gaat om de grootste hervorming van het binnenlands bestuur van de afgelopen 100 jaar. Maar structurele fouten of problemen na 2 jaar niet repareren of proberen te repareren is volgens de DOP geen goede oplossing.
De Transitiecommissie Sociaal Domein die de decentralisatie 2 jaar heeft gevolgd in opdracht van de regering, vraagt bij opheffing van de commissie dan ook aandacht voor wat zij noemt: „de rafelranden”. Deze commissie geeft ook aan dat we niet aan het eind staan van de verandering, maar nog maar aan het begin. Een artikel op de website van Binnenlands Bestuur van 30 september over dit onderwerp begon dan ook als volgt:
HARD OORDEEL OVER VOORTGANG DECENTRALISATIES : „De voortgang van de decentralisaties verloopt aan alle kanten moeizaam. De Transitiecommissie Sociaal Domein (TSD) pleit om die reden voor een landelijk, meerjarig programma om de lokale verzorgingsstaat verder vorm te geven. Het programma moet deel uitmaken van het nieuwe Regeerakkoord, vindt de TSD.”
Het is dus niet alleen de DOP of Ton Schoo die aandacht vraagt voor rafelranden of structurele problemen. Als er een moment is voor reparatie van rafelranden of structurele problemen in het sociaal domein, dan is het nu, dan is het de komende maanden. Mijn oproep aan partijen in de raad en het college is dan ook:
Kaart de problemen die u ziet en ervaart in het sociaal domein bij uw landelijke partij aan. Het zal de betrouwbaarheid en geloofwaardigheid van zowel de landelijke als de lokale politiek ten goede komen.
Tot zover dit belangrijke onderdeel, waarbij wij vanuit de lokale politiek alleen maar de input kunnen leveren aan de landelijke politiek.
VERBETERINGEN IN HET SOCIAAL DOMEIN
Gelukkig zijn wij voor veel zaken om dingen in het sociaal domein niet afhankelijk van de landelijke politiek te laten zijn. We kunnen zelf ook een bijdrage leveren aan verbeteringen. Met die insteek wil ik de bijdrage van de DOP vervolgen.
BETERE INFORMATIEVOORZIENING SOCIAAL DOMEIN AAN BURGERS
Wij vinden als DOP dat de informatievoorziening aan burgers over de verschillende facetten van het sociaal domein in Emmen onvoldoende is. Zo vinden wij dat onze inwoners duidelijker geïnformeerd dienen te worden over de wettelijke regels en ook over wat te doen bij klachten en problemen.
En de DOP staat hier niet alleen in, gelet op de volgende passage uit de brief waarin het kabinet reageert op de 5e rapportage van de Transitiecommissie Sociaal Domein:
Brief regering van 30 september 2016 - Perspectief van de burger: „De TSD uit haar zorgen over haar bevinding dat een deel van de klachten gaat over onduidelijke of afwezige communicatie van de gemeente. Het kabinet vindt het net als de TSD belangrijk dat gemeenten zorgen voor duidelijke communicatie over de (juridische) spelregels om zo de kwaliteit van dienstverlening aan de burger zo veel mogelijk te verbeteren.”
Omdat er de afgelopen 2 jaar onder grote tijdsdruk veel moest gebeuren, hebben wij er begrip voor dat het mogelijk aan tijd en aandacht heeft ontbroken om de informatievoorziening aan de burgers op een voldoende peil te brengen. Maar wij vinden dat dit onderwerp nu wel voortvarend opgepakt dient te worden. Zeker met alle veranderingen die voor 2017 gaan gelden.
Om die verbetering in informatievoorziening aan burgers vorm en vaart te geven, willen wij hierbij dan ook de volgende motie indienen.
Graag ontvangen wij in de eerste termijn een reactie van het college op deze motie en of zij bereid is deze over te nemen.
MEER INFORMATIE OVER EIGEN BIJDRAGE WMO
De hoogte van de eigen bijdrages in de Wmo is met regelmaat onderwerp van landelijk debat. Maar er zijn meer knelpunten als het gaat om de eigen bijdrage onder de Wmo.
Het eerste probleem is dat: mensen vooraf geen berekening kunnen maken van de te verwachten hoogte van de eigen bijdrage als de gemeente de kostprijzen van de verschillende vormen van ondersteuning niet op hun website hebben vermeld. En de gemeente Emmen doet dat niet.
Dit kan betekenen dat hogere inkomens eerst ondersteuning aanvragen, vervolgens de ondersteuning krijgen, deze ondersteuning vervolgens weer stoppen vanwege de hoogte van de eigen bijdrage en de mensen zelf een oplossing gaan regelen. Zelf een oplossing zoeken, is onderdeel van de eigen verantwoordelijkheid, maar vereist wel voldoende informatie vooraf.
Zo geeft de Nationale Ombudsman, die onderzoek naar de eigen bijdrages Wmo heeft gedaan, in haar rapport van maart van dit jaar aan:
Nationale ombudsman – maart 2016 - Kiezen zonder informatie – „Burgers lieten de ombudsman weten dat, als zij van tevoren hadden geweten hoe hoog de eigen bijdrage voor hen zou worden, zij een andere keuze hadden gemaakt.”
Het tweede probleem is: dat mensen hun factuur van de eigen bijdrage Wmo niet kunnen controleren als de gemeente niet vooraf de kostprijzen voor alle vormen van maatschappelijke ondersteuning inzichtelijk maakt. Mensen moeten erop vertrouwen dat hierbij geen fouten gemaakt worden richting het CAK. Wij denken echter dat het gezond is dat de gemeente zich zo controleerbaar en transparant mogelijk dient op te stellen naar haar inwoners.
Om de hier genoemde twee problemen rondom de eigen bijdrages Wmo op te lossen willen wij hierbij de volgende motie indienen.
Graag ontvangen wij in de eerste termijn een reactie van het college op deze motie en of zij bereid is deze over te nemen.
DELEGEREN EN MANDATEREN AAN HET COLLEGE
Bij de invoering van het nieuwe beleid voor het sociaal domein heeft het college de raad in de meeste gevallen voorgesteld het college veel ruimte te geven voor het nader uitwerken van beleid. Tijdsdruk zal hier een van de oorzaken van zijn geweest, alsook de wens van de meerderheid van de raad op hoofdlijnen te willen besturen, en ook de bestuursstijl van het huidige college speelt hierbij mee.
Maar hier kleven ook risico’s aan, omdat de delegatie aan het college ook tot onwettige besluiten kan leiden. En als het mis gaat, dan is het de fout van de raad en niet die van het college. Recent hebben we met een dergelijk probleem te maken gehad bij de vaststelling van de eigen bijdrage voor algemene voorzieningen in de Wmo.
Ik citeer uit een weer ingetrokken raadsvoorstel van juni van dit jaar.
„Op 18 mei 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep (CRvB) met betrekking tot Wmo Huishoudelijke hulp geoordeeld dat de hoogte van de bijdrage die een cliënt verschuldigd is in de kosten van een algemene voorziening moet zijn vastgelegd in de verordening en dat delegatie daarvan aan het college niet is toegestaan. De bepaling van de hoogte van de bijdrage van algemene voorzieningen is nu door de raad gedelegeerd aan het college. De Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015 dient op dit punt te worden gewijzigd.”
Is deze delegatie door de raad aan het college bewust gebeurd? Bewust in de zin dat de wet duidelijk iets anders zegt. Namelijk dat de raad in een verordening de eigen bijdrages dient vast te stellen. En uiteraard gelden deze vragen niet alleen voor de Wmo of het sociaal domein, maar heeft het betrekking op alle onderwerpen.
Als de raad besluit tot mandateren of delegeren is het belangrijk dat dit goed gebeurt. De raad blijft eindverantwoordelijk. Daarom denken wij dat het goed is dat er gemeentebreed een opfrissing van dit onderwerp wenselijk is. Niet alleen voor het sociaal domein.
Wij willen hierover dan ook de volgende motie indienen. Graag ontvangen wij in de eerste termijn een reactie van het college op deze motie en of zij bereid is deze over te nemen.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bijdrage DOP in eerste termijn begroting 2015 in november 2014.
Voorzitter,
Vandaag behandelen we een historische begroting. In de begroting zijn de bedragen verwerkt van de grootste bestuurlijke hervorming van de laatste 100 jaar. Het gaat om de overheveling van taken van Rijk naar gemeenten op de terreinen: Zorg, Jeugdhulp en de Participatiewet. Wij hebben met elkaar deze operaties de 3 decentralisaties genoemd.
De bedragen die hier mee gemoeid zijn, het gaat om tientallen miljoenen extra geld, zijn netjes over inkomsten en uitgaven in de begroting verwerkt. Maar uiteraard gaat het erom wat er met die bedragen allemaal gebeurt.
DREIGENDE TWEEDELING
Voordat ik verder inga op deze grote hervorming, wil ik een passage uit een nieuwsbericht aanhalen die afgelopen week de media haalde. Het waren de uitkomsten van tien verkenningen van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en het Sociaal Cultureel Planbureau.
Tweedeling dreigt in Nederlandse samenleving
Nederland dreigt zichzelf sociaal en cultureel in tweeën te delen. Er is een groeiende groep van hoogopgeleiden die ‘open’ denken over Europa en migratie, en die het liefst met elkaar omgaan. De laagopgeleiden delen met elkaar het wantrouwen over politiek, een gebrekkig zelfvertrouwen en het gevoel dat hun sociaal economische positie bedreigd wordt door de Europese eenwording en de mondialisering.
Als DOP-fractie hebben we nagedacht over deze analyse en vervolgens de relatie gelegd naar de 3 grote hervormingen die we als gemeenten moeten gaan vormgeven.
De hervormingen zullen volgens de DOP zowel de hoogopgeleiden als de laagopgeleiden raken, maar de laagopgeleiden in veel grotere mate dan de hoogopgeleiden. Het zal de gevreesde tweedeling, voor zover daar nog geen sprake van is, verder vergroten en versneld tot stand brengen.
En aangezien bijna geen partij officieel voor een verdere tweedeling is, vinden wij het zorgwekkend dat we nu te maken hebben met maatregelen die waarschijnlijk wel voor een verdere tweedeling zullen zorgen.
VERWACHTINGEN RONDOM DE 3 DECENTRALISATIES
Wij hebben binnen de fractie lang gedebatteerd over waar we het bij deze begroting allemaal over zouden moeten hebben. En het ene wordt dan vaak nog belangrijker dan het andere. Zo gaat dat vaak bij de voorbereiding van een begrotingsbehandeling. Andere fracties zullen zich hier vast in herkennen.
Moeten we met voorstellen komen waarbij we met 50.000 of 100.000 euro de nadelige gevolgen op het ene terrein proberen te verzachten ten koste van een ander beleidsterrein?
Wij zijn echter tot de conclusie gekomen dat aandacht op dit moment voor andere onderwerpen dan de 3 decentralisaties een misleidend beeld zou geven. Een misleidend beeld over de grote veranderingen waar een grote groep mensen direct mee te maken zal krijgen en nog een veel grotere groep indirect mee te maken zal krijgen.
Maar misschien zijn wij te negatief over de 3 decentralisaties. Er is nog veel onduidelijk, dus voor hetzelfde geld wordt het een zachte en prettige landing. Toch vinden we het als DOP belangrijk en zelfs noodzakelijk dat burgers en organisaties nu eens duidelijkheid krijgen. Dat moment is nu toch echt aangebroken. En ook als politieke partij heb je eerst duidelijkheid nodig, voordat je besluit om beleid te steunen of niet te steunen.
Er zijn volgens de DOP-fractie twee soorten onduidelijkheid op dit moment en daar wil ik nu nader op ingaan.
DE TWEE GROTE ONDUIDELIJKHEDEN DIE NU NOG STEEDS BESTAAN
- De tegenstrijdige verwachtingen die worden gewekt door een groot deel van de landelijke politiek.
Dat vanuit de landelijke politiek is besloten de problemen niet zelf op te lossen, maar deze aan de gemeenten over te laten, daar is op zich niets mis mee. Waar wel iets mis mee is, is dat men met uitlatingen tegenstrijdige verwachtingen wekt.
Aan de ene kant wordt het beeld geschetst dat de gemeente alles beter en goedkoper kan, omdat ze dichter bij de burger staan.
Aan de andere kant wordt bij herhaling aangegeven dat de overheid minder gaat doen en dat de burger meer eigen verantwoordelijkheid heeft.
Dan weer wordt er vanuit de landelijke politiek geroepen dat ze hun hart vasthouden en dan weer wordt er geroepen dat er zorggaranties worden gegeven en meer maatwerk zal worden geboden. Volgens mij worden zowel hoogopgeleiden als laagopgeleiden zo argwanend tegenover de politiek.
Alle wetgeving rond de decentralisaties is er nu doorheen dus zou ik de volgende oproep willen doen:
- Alle partijen in deze raad die verbonden zijn aan een landelijke partij: Geef vanaf vandaag zowel lokaal en landelijk duidelijkheid over de 3 decentralisaties en stop met de tegenstrijdigheden. Wees duidelijk en eerlijk over of het allemaal beter wordt of dat het toch allemaal anders zal gaan. De inwoners van Nederland en ook dus die van de gemeente Emmen hebben recht op die duidelijkheid.
De lokale partijen als Wakker Emmen, LEF! en DOP kunnen deze tegenstrijdigheden niet opheffen. Het is ook niet aan hen om deze tegenstrijdigheden nu te beëindigen. Soms is een landelijk netwerk een voordeel en soms dus ook niet.
- Wij weten in Emmen nog te weinig
De tweede onduidelijkheid is dat wij in Emmen nog te weinig weten. Die duidelijkheid moet er wel zijn, omdat de inkoopcontracten zijn opgesteld, waarvan de meeste, als het goed is, zijn ondertekend en enkele misschien nog onderweg zijn.
Met goedkeuring van deze begroting kunnen wij onze inwoners dan ook nog steeds weinig zeggen. Weten zij nog steeds niet wat ’meer eigen verantwoordelijkheid’ straks gaat inhouden. Weten zij niet of ze straks meer geld kwijt zijn dan nu het geval is. Zomaar twee voorbeelden.
Niet minder belangrijk is dat als er wel ingrijpende veranderingen zullen plaatsvinden, wat wij als DOP dus niet weten, onze inwoners niet of te weinig over de nieuwe oplossingen hebben kunnen meedenken. „Uw mening telt” was een verkiezingsslogan van de grote winnaar van de verkiezingen. Maar telt de mening van de burgers bij deze 3 decentralisaties wel echt?
STEL DAT - SCENARIO 1: Er komen wel pijnlijke maatregelen
Stel dat het toch allemaal minder rooskleurig wordt dan vanuit de landelijke politiek wordt aangegeven: Wat kan dit dan betekenen en waar zouden we het als politiek dan over moeten hebben?
- Als zorgbehoevende ouderen langer thuis moeten blijven wonen, ook als het om behoorlijke dementie gaat, dan moeten we er voor zorgen dat er geen gevaarlijke situaties ontstaan. Bijvoorbeeld omdat iemand het gas aan laat staan. Dan moeten we er bijvoorbeeld ook voor zorgen dat partners en familie niet uit wanhoop hun dierbare thuis hoeven vast te binden. Daar hadden we het bij ons beleid en uitvoering als politiek al over kunnen hebben. Maar dit hebben we nog niet gedaan.
- Als blijkt dat werkgevers in de regio niet bereid zijn om mensen met een arbeidshandicap aan te nemen, dan zitten we als gemeente met extra mensen met een arbeidshandicap aan wie wij dan geen perspectief kunnen bieden. Wat kunnen wij, al of niet tijdelijk, dan doen? Daar hadden we het bij ons beleid en uitvoering als politiek al over kunnen hebben. Maar dit hebben wij nog niet gedaan.
- Wat als er onvoldoende budget is om jeugdigen straks allemaal te helpen. Wie bepaalt dan welke groep wel wordt geholpen en welke niet? En wat vertellen we aan de mensen die we niet kunnen helpen? Het is toch aan de politiek om dit uit te leggen? En wij horen toch ook onze ambtenaren te beschermen om niet zelf deze keuzes te maken, maar dit aan de politiek over te laten?
Het is lastig om als gemeente Emmen als eerste het over pijnlijke maatregelen en lastige situaties te hebben als nog bijna niemand dat in Nederland doet. Maar maken we er ons als politiek geloofwaardiger op door het allemaal voor ons uit te schuiven? Alsof de mensen er straks niet zelf achter komen.
STEL DAT - SCENARIO 2: Het wordt allemaal nog beter dan het was
Maar uiteraard kan ik het helemaal mis hebben, kan de DOP mis zitten, en wordt het allemaal nog veel beter dan het was. Houdt het college dit gewoon voor ons allen geheim. In dat geval sla ik met deze bijdrage een modderfiguur. En als dat het grootste probleem wordt bij de 3 decentralisaties, dan teken ik er graag direct voor.
Voorzitter, hebben wij bij deze begroting 2015 een andere insteek genomen, want we hebben in feite twee maal spreektijd in deze Raad en verwachten daardoor dat ons DOP-programma en -standpunten nogmaals goed onder de aandacht zal worden gebracht!
Voorzitter, TOT SLOT
Landelijk en lokaal wordt de noodzaak tot veranderingen aangegeven. De kosten moeten beheerst worden. Maar als de overheid wijst op meer eigen verantwoordelijkheden is er ook een echt en eerlijk gesprek met de samenleving nodig. Moet de overheid geen tegengestelde verwachtingen blijven wekken. Maatwerk is een mooie term, maar het zou ook gemakkelijk tot grote en onrechtvaardige verschillen kunnen leiden. Willen mensen met de overheid kunnen meedenken, dat zal de overheid minder vaag moeten zijn en concreter moeten worden. Als wij draagvlak in Emmen willen hebben voor mogelijk grote veranderingen, dan kunnen wij niet blijven doorgaan met verstoppertje spelen.
Wordt de boodschap aan de inwoners van Emmen:
„Uw mening telt echt” of wordt het „Uw mening telt niet meer”.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bijdrage DOP begroting 2014 1e termijn voor de begrotingsvergadering in november 2013
Voorzitter,
Met de aanstaande overheveling van taken van Rijk naar gemeenten in 2015 wil ik in mijn inleiding toch een kleine algemene beschouwing hierover houden. In de krant Trouw van 18 oktober 2013 kwam ik namelijk een boeiende passage tegen van de fractievoorzitter van de Christen Unie in de Tweede Kamer, de heer Arie Slob:
De boodschap komt er op neer dat de Christen Unie er weinig vertrouwen in heeft dat gemeenten het geld dat zij krijgen om chronisch zieken en gehandicapten gericht te ondersteunen, ook daadwerkelijk voor dat doel zullen gebruiken. En de heer Slob ziet daarom liever dat er een landelijke regeling komt. Het gaat dan om nieuwe gelden en niet de reeds bestaande gelden.
En ook bij andere partijen in de Tweede kamer dan de Christen Unie, schijnt deze angst er bij dit onderwerp te zijn. Wat ik met dit voorbeeld wil aangeven, is dat de wijze waarop vanuit de landelijke politiek naar gemeenten wordt gekeken. De ene keer kan de gemeente alles beter en goedkoper en de andere keer is de gemeente weer niet te vertrouwen.
Boekhoudkundige bezuinigingen en budgetrecht van de raad
Voorzitter: Ik vraag me oprecht af hoe serieus wij het gegoochel met cijfers van het college nog moeten nemen en met name als het om de bezuinigingen gaat:
- Bij de afgelopen 3 bezuinigingsrondes zijn er steeds weer posten met een discutabel karakter naar boven gekomen. En steeds gaat het dan om miljoenen.
Bij een discutabel karakter heb ik het dan over bezuinigingen waarbij GEEN sprake is van minder uitgaven of meer opbrengsten, maar van boekhoudkundige aard. Er is nergens pijn en toch wordt er bezuinigd.
Als DOP hebben wij hier eerder kritiek over geuit en de heer Huttinga heeft deze problematiek in 2010 ook al eens onder de aandacht gebracht en met een motie tegelijkertijd een oplossing voorgesteld. Ik heb met de heer Huttinga overlegd en hij had er geen bezwaar tegen als wij deze motie vandaag zouden indienen. Daarom wil ik bij deze een motie indienen over deze problematiek.
Bezuinigingen - Kerntaken en verantwoordelijkheden van de gemeente
Het college heeft bij de kadernota in 2011 aangegeven dat er een brede en fundamentele discussie nodig is over de nieuwe rol van de gemeente. Wij vinden als DOP dat aan dit onderwerp door het college maar beperkt een vervolg gegeven. Wij zouden graag willen weten hoe het college hier zelf tegenaan kijkt. Daarom mijn vraag aan het college:
- Vindt het college dat de in 2011 toegezegde en noodzakelijk geachte fundamentele heroriëntatie van ons stelsel op een breed terrein, de afgelopen 2,5 jaar in voldoende mate heeft plaatsgevonden?
Andere tijden vragen om andere oplossingen. Maar wij zijn als DOP van mening dat dit ook om andere informatie van het college aan de raad vraagt. Als DOP hebben wij dit onderwerp meerdere malen geagendeerd. Helaas was hier toen te weinig steun voor. Zonder inhoudelijk te worden en in detail te treden:
- Graag zouden wij van andere partijen vernemen of zij van mening zijn dat de raad ook andere informatie nodig heeft van het college dan tot nu toe?
Wij overwegen nog om in de tweede termijn met een motie hierover te komen.
Bezuinigingen ambtelijke formatie en noodzakelijke extra formatie
Bij onze technische vragen in de voorbereiding op vandaag hebben wij geprobeerd duidelijk te krijgen hoe het college denkt om te gaan met:
Enerzijds de doorgaande bezuiniging op de ambtelijke formatie en anderzijds de extra ambtelijke formatie die in 2014 nodig is bij de voorbereiding van de 3 decentralisaties en vanaf 2015 de uitvoering van nieuwe taken.
Volgens de beantwoording was onze vraag hierover geen technische vraag. Daarom hierbij de vraag aan het college:
- Kan het college aangeven hoe zij omgaat in deze begroting met enerzijds de verdere bezuiniging op de ambtelijke formatie en anderzijds de extra benodigde formatie in 2014 voor de voorbereiding van nieuwe taken?
Samenleving nog niet klaar voor grotere rol mantelzorgers
Dit was de titel vorige week van het Persbericht van Mezzo, de Landelijke Vereniging voor Mantelzorgers en Vrijwilligers. Van mantelzorgers wordt steeds meer verwacht, met de kabinetsplannen wordt dit nog meer, maar tegelijkertijd ervaren mantelzorgers in de praktijk steeds meer problemen. Mezzo geeft aan dat moreel verplichte mantelzorg nog erger is dan mantelzorg juridisch te verplichten en wij zijn het daar als DOP mee eens.
Zorg kent zijn grenzen en dat geldt ook voor mantelzorg. Mantelzorg is vaak intensief en langdurig. Als DOP vinden wij dat vanuit de gemeente daarom nog bewuster aan specifiek beleid voor mantelzorg moeten worden gewerkt. Hierbij moet vrijwilligheid de basis zijn en niet een morele of juridische verplichting. Daarom willen we de volgende motie hierover indienen.
De eigenbijdrage in de Wmo
Met het beleid van de algemene voorziening schoonmaakondersteuning blijkt dat de gemeente fors minder aan eigen bijdrage ontvangt. Meer dan 2 miljoen minder. (Van jaarlijks 3 miljoen in 2012 naar minder dan 1 miljoen in 2014.)
Houd je rekening met het effect van de tariefsbijdrage, dan is er ca. 1,5 miljoen minder om aan goede zorg te besteden. Van dit beleid profiteren vooral de hogere inkomens, want die zijn fors minder gaan betalen. Maar dat is dus een bewuste, politieke keuze.
Wij zouden het college dan ook willen vragen nog eens goed over dit beleid na te denken. Ook gelet op de risico’s, zoals vermeld op bladzijde 119 van de begroting.
Risico van de tariefsbijdrage voor de schoonmaakondersteuning
Op bladzijde 118 staan bedragen als risico voor de tariefsbijdrage als de meervoudige kamer van mening is dat de tariefsbijdrage wettelijk niet mag. Volgens het college zit de tariefsbijdrage zowel als last en als bate in de begroting verwerkt. Dus het effect is neutraal. Volgens ons klopt dit verhaal niet, maar het college blijft bij deze uitleg. Daarom de volgende vraag:
- Kan het college aangeven waarom we als gemeente een risico lopen bij de tariefsbijdrage die neutraal in de begroting is opgenomen?
Economie en werkgelegenheid
De Veenvaart is het eerste jaar een succes gebleken. Van belang wordt het om dit succes voort te zetten en uit te bouwen. Om te leren van wat nog niet goed ging en wat nog beter zou kunnen, zodat we optimaal profiteren.
- Kan het college aangeven of er ook een evaluatie van het eerste jaar heeft plaatsgevonden of nog zal plaatsvinden? En zo ja wat het college met deze uitkomsten gaat doen.
Bij de kadernota hebben we onze zorg uitgesproken over de problemen van de middenstand en de mogelijke nadelige gevolgen voor winkelcentra en de leefbaarheid van dorpen en wijken. Wij hebben toen gevraagd of het college iets zou kunnen doen in samenwerking met de scholen in Emmen, zodat de middenstand geholpen kon worden bij het maken van een omslag bij het werken met bijvoorbeeld een webwinkel. Het college heeft toen aangegeven dit te onderzoeken.
- Kan het college aangeven of er onderzocht is wat scholen in Emmen zouden kunnen betekenen in de omslag die de middenstand moet maken?
Voor een groep ouderen die werkloos is, kan omscholing naar beroepen in meer kansrijke sectoren een oplossing zijn. De collegepartijen hebben hier bij de kadernota in hun motie over technische beroepen ook aandacht voor gevraagd.
- Kan het college aangeven wat op dit moment het uitvoeringsbeleid in algemene zin is als het om omscholing gaat en hoe het specifiek staat met de bij de kadernota overgenomen motie van de collegepartijen?
Tijdelijke raadsadviseur CVE - Atalanta voor de komende maanden
Bij de raadsvergadering van september gaven sommige partijen aan dat als het goed mis zou gaan met het CVE- en Atalanta-project de schade wel in de honderd miljoen kan gaan lopen. Wij delen deze angst. Als er zoveel op het spel staat, zou je als raad geen dag of week zonder een raadsadviseur moeten willen, omdat we weten dat we als raad onvoldoende kennis van deze materie hebben. Op verzoek van de meerderheid staat ons amendement voor een tijdelijke raadsadviseur daarom deze week weer op de agenda. Voorzitter tot zover.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Nieuw-Dordrecht, 20 januari 2010
VIER PARTIJEN WILLEN DEBAT OVER PROJECT ATALANTA
De fracties van de Drentse Ouderen Partij (DOP), de Socialistische Partij (SP), Burgerbelangen Gemeente Emmen (BGE) en Wakker Emmen (WE) willen in de vergadering van 28 januari 2010 een interpellatie debat houden over het project Atalanta (verplaatsing dierenpark, bouw nieuw theater, en ontwikkeling Emmen-centrum)
Met het besluit over het project Atalanta op 18 december 2008, waar 468 miljoen mee is gemoeid, laat deze gemeenteraad een erfenis na die de komende 40 jaar van invloed zal zijn op de financiële mogelijkheden / onmogelijkheden van de gemeente Emmen. De kwartaalrapportages over dit project van het college en de adviezen van het door de raad ingehuurde bureau Twijnstra Gudde, geven op dit moment aanleiding tot grote zorgen over dit project bij de fracties van de DOP, de SP, BGE en Wakker Emmen. Deze fracties vinden het daarom belangrijk dat in deze raadsperiode nog duidelijk wordt hoe deze erfenis tot stand is gekomen, wat de huidige stand van zake is en welke mogelijke consequenties deze erfenis voor de toekomst kan inhouden. Dat de huidige raad voor de verkiezingen van 3 maart 2010 nog voor deze duidelijkheid zorgt, vinden de 4 partijen dan ook hun politieke plicht.
Daarom is door raadslid Ton Schoo van de DOP een interpellatie verzoek ingediend bij de voorzitter van de gemeenteraad van Emmen dat wodt ondersteund door de raadsleden van de SP, BGE en Wakker Emmen. In dit verzoek zijn 7 vragen geformuleerd waar het college van B&W tijdens de raadsvergadering van 28 januari 2010 antwoord op moet geven. De vragen hebben betrekking op de informatievoorziening van het college aan de raad bij de besluitvorming op 18 december 2008, de rol en betekenis van de gemeente Emmen als enig aandeelhouder van het dierenpark en de risico’s voor de gemeente bij de nieuwbouwplannen van het dierenpark, de financiering van de gemeentelijke (deel)projecten en de mogelijke gevolgen voor de deel(projecten) en of gemeentelijke lasten als het niet lukt om alle benodigde middelen van derden te verwerven.
---------------------------------------------------------------------------
“TON SCHOO LIJSTTREKKER DOP”
De Drentse Ouderen Partij (DOP) heeft tijdens haar Algemene Ledenvergadering van 8 december 2009 Ton Schoo (53 jaar) uit Nieuw Dordrecht gekozen tot lijsttrekker voor de gemeenteraadsverkiezingen in Emmen van 3 maart 2010. De leden en het bestuur prijzen Ton Schoo om zijn inzet, strijdlust en maatschappelijke betrokkenheid.
De kandidatenlijst van de DOP bestaat verder uit een mix van oudgedienden en nieuwkomers.
Nr.2: Dhr. Gerrit Sulmann (57 jaar en Vakbondsman en secretaris van de Wmo-raad)
Nr 3: Mw. Jetty Alberts (70 jaar en Oud voorzitter stichting Dak- en Thuislozen Nederland)
Nr.4: Dhr. Ryan van der Lugt (31 jaar en docent Engels en Italiaans)
Nr.5: Dhr. Gerard de Kleine (55 jaar, freelance journalist)
De nummers 6 tot en met 15 op de lijst zijn: ( Nr. 6: Dhr. S. Schoo, Nr. 7: Dhr. J. Bijl, Nr. 8: Mw. A. Tulp, Nr. 9: Dhr. C. Maurits, Nr 10: Mw A. Harkema-Lahuis, Nr.11. Dhr. J. Snellen, Nr.12: Dhr. G. Middel, Nr. 13: Dhr. F. Klein, Nr. 14: Dhr. T. Arends, Nr. 15: Dhr. J. Brands.
De DOP is al 12 jaar en stabiele factor in de gemeentepolitiek van Emmen en heeft in de afgelopen jaren laten zien dat een stem op een kleine partij geen verloren stem is. Op dit moment heeft de DOP maar 1 zetel in de raad, maar de DOP hoopt dat zij na de verkiezingen van 3 maart 2010 met 2 tot 3 zetels in de raad zal terugkomen.
Tijdens de Algemene Ledenvergadering is ook het verkiezingsprogramma 2010-2014 van de DOP vastgesteld. De DOP zal zich de komende jaren blijven inzetten om voor de sociale vraagstukken en problemen van Emmen betreffende het ouderenbeleid, Wmo, WSW / EMCO, gehandicaptenbeleid en Minimabeleid / WWB / schuldhulp. De slogan waarmee de DOP de verkiezingen ingaat is dan ook “SOCIAAL voorop met de DOP”.
Andere onderwerpen die belangrijk zijn voor de DOP: bewaking van de lasten voor burgers, economie en werkgelegenheid, politiek meer begrijpelijk maken voor burgers maken, serieus nemen adviesraden en overlegpartners. meer aandacht voor veiligheid en o.a. bezuinigen op promotie Emmen elders is het land. Ten aanzien van het Atalanta project (dierenpark / theater / centrum) is de insteek van de DOP dat dit project gerealiseerd dient te worden voor de bedragen zoals die eind december 2008 zijn aangegeven.
----------------------------------------------------------------------------------
Nieuw Dordrecht, 3 november 2009
DOP “VERVALLEN BEGELEIDING EN ONDERSTEUNING AWBZ REGELEN IN DE WMO”
De Drentse Ouderen Partij (DOP) wil dat de gemeenteraad van Emmen zich bij de begrotingsvergadering, 5 november 2009, uitspreekt dat de gemeente de vervallen begeleiding en ondersteuning AWBZ vanaf 2010 voor een deel gaat regelen in de Wmo.
In verband met de pakketmaatregel AWBZ, waarin strengere eisen worden gesteld om voor begeleiding en ondersteuning in aanmerking te komen, zullen een aantal mensen vanaf 2010 geen of minder begeleiding en ondersteuning meer krijgen. Een aantal van deze ouderen en gehandicapten zal dit kunnen opvangen met familie, vrienden en kennissen, maar voor een grote groep zal dit niet het geval zijn.
Ton Schoo, fractievoorzitter van de DOP: “Ik vind dat de gemeente voor deze ouderen en gehandicapten een voorziening moet aanbieden. De gemeente krijgt hier geld voor van het Rijk en de gemeente is wettelijk verplicht om mensen te compenseren als zij in de problemen komen bij het participeren in de maatschappij. Ook moet je mensen duidelijkheid geven als zij om hulp vragen. Je moet ze niet onnodig laten zwemmen en van het kastje naar de muur sturen en hopen dat het probleem misschien wel overwaait.”
De DOP heeft bij de begrotingsbehandeling van 2 november 2010 een motie ingediend om deze ondersteuning tijdig te regelen. Op 5 november wordt hierover gestemd.
-----------------------------------------------------------------------------------
Nieuw Dordrecht, 30 oktober 2009
“GEEN BETAALD PARKEREN IN BUITENDORPEN EMMER WIJKEN”
De Drentse Ouderen Partij (DOP) wil dat de gemeenteraad van Emmen zich bij de begrotingsvergadering, van 2 en 5 november 2009, uitspreekt tegen betaald parkeren in de buitendorpen en Emmer wijken. De DOP zal hiervoor de volgende week met een motie komen.
Het beleid van wel of niet betaald parkeren in de buitendorpen en Emmer wijken hangt in de ogen van de DOP nu al te lang als onzekerheid voor burgers en middenstand boven de markt. De parkeernota waarin dit zou worden geregeld zou er eerst in maart 2009 komen, toen in september 2009 en nu wordt deze doorgeschoven naar 2010.
Ton Schoo fractievoorzitter van de DOP : “In het geruchten circuit heb ik vernomen dat aan betaald parkeren in sommige buitendorpen en Emmer wijken wordt gedacht. Het zou een verklaring zijn voor het steeds vooruitschuiven van de parkeernota. Waarschijnlijk probeert het college het probleem over de verkiezingen van 3 maart 2010 heen te tillen.”
Ton Schoo: “Wij zijn echter van mening dat de middenstand in de buitendorpen en Emmer wijken in deze tijden van economische crisis duidelijkheid verdient. t.a.v. het beleid betaald parkeren. Op die manier kunnen zij hier bij hun investeringen en vestigingsplannen rekening mee kunnen houden. Ook vinden wij dat de buitendorpen en Emmer wijken een andere positie innemen dan het centrum van Emmen waar wel het beleid van betaald parkeren geldt. In Emmen centrum vinden tenslotte ook meer andere investeringen plaats.”
--------------------------------------------------------------------------------
Verdere toelichting:
Bij de nog vast te stellen parkeernota moet ook nog het parkeertarief voor de parkeerkelder Willinkplein worden vastgesteld. Bij het besluit tot bouwen van de parkeerkelder is aangegeven dat een tarief van Euro 1,75 per uur kostendekkend zou zijn. Dit betekent dat ook de huidige parkeertarieven in de rest van Emmen centrum omhoog zullen moeten, anders gaat niemand straks in de parkeerkelder parkeren.
---------------------------------------------------------------------------------
Nieuw Dordrecht, 26 juli 2009
DOP: “ZORG OVER VOORTGANG BOUW PARKEERKELDER WILLINKPLEIN”
De Drentse Ouderen Partij (DOP) heeft zorgen over de voortgang van de bouw van de parkeerkelder Willinkplein. Na het haastbesluit in februari 2009, waarin besloten werd om de parkeerkelder door de gemeente te laten bouwen om zo geen vertraging op te lopen, wil het maar niet vlotten met de voortgang van de bouwwerkzaamheden.
Ton Schoo fractievoorzitter van de DOP: “De DOP en andere fracties hebben vanaf februari meerde malen aan de bel getrokken over de voortgang van de werkzaamheden van de parkeerkelder. Het college kwam steeds met verklaringen dat er nog zaken nader uitgezocht moesten worden, maar dat nu alles in orde was en de werkzaamheden vanaf dat moment door konden gaan. Het college stelde nog dat zij bij de aanpassingen 700.000 Euro van de parkeerkelder de raad er niet bij wilde betrekken,.omdat dit vertraging opleverde in de uitvoering. Met deze geschiedenis maak ik mij zorgen over wat de werkelijke reden zijn van de verschillende vertragingen.”
Ton Schoo: “Ook word ik door omwonenden van de parkeerkelder aangesproken over de huidige situatie. Hen is per brief verteld dat er voor de bouwvak beton zou worden gestort. Dat is niet gebeurd. Het gevolg is dat de stofoverlast voor de omwonenden voortduurt. Ook krijgen zij geen reactie van de gemeente over de vertraging. Dit vind ik bestuurlijk ongepast. Of het nu vakantie is of niet, de omwonenden verdienen, na al meer dan een jaar overlast, nu zo snel mogelijk een oplossing en op zijn minst een nette beantwoording van de gemeente. Verwijzing naar de aannemer is te simpel, de gemeente is opdrachtgever van het project. Of het moet zo zijn dat de gemeente de regie nu al kwijt is over dit project..”
De DOP heeft per brief tekst en uitleg gevraagd aan het college.
------------------------------------------------------------------------
Nieuw Dordrecht, 24 mei 2009
DOP: “EIGEN BIJDRAGE HULPMIDDELEN WMO FINANCIELE FLOP”
Uit de jaarrekening 2008 van de gemeente Emmen blijkt dat de eigen bijdrage hulpmiddelen Wmo, die per 1 juli 2008 op verzoek van PvdA is ingevoerd, een financiële flop is geworden. Met deze regeling betalen ouderen en gehandicapten een eigen bijdrage voor o.a. scootmobielen en woningaanpassingen. In plaats van de verwachte opbrengst van € 467.000 voor het laatste half jaar van 2008 is de opbrengst slechts € 7.500.
“Als je bedenkt dat zich dan ook nog een paar ambtenaren mee bezighouden met deze regeling, begrote kosten € 184.000 per jaar, dan kost het de gemeente Emmen dus alleen maar geld. ”Aldus fractievoorzitter Ton Schoo van de Drentse Ouderen Partij (DOP).
Voor het hele jaar 2009 werd bij de begroting 2009 nog uitgegaan van een verwachte opbrengst van € 935.000. De cijfers 2008 (over een half jaar) laten zien dat de verwachte opbrengsten er in de praktijk dus niet zijn.
Ton Schoo: “Waarschijnlijk durft het college niet op een directe manier aan te geven dat de regeling nu geflopt is, verstopt men dit in de jaarstukken, en hoopt men dat de raad dit probleem niet zal aankaarten. Maar uit de verstrekte cijfers kan ik niet anders concluderen dan dat CDA wethouder Jumelet graag weer van deze PvdA / CDA regeling af wil. Als dit echt zo is heeft hij mijn steun.”
Ton Schoo: “Ik neem aan dat de voorstanders van deze regeling, PvdA en CDA, ook wel zullen begrijpen dat hun regeling geflopt is en het geen zin heeft een regeling in stand te houden die niets en niemand iets oplevert. Een regeling die dus bijna € 200.000 per jaar kost.”
Bij de raadsvergadering van 28 mei 2009 zal de DOP nadere tekst en uitleg vragen aan het college over de eigen bijdrage hulpmiddelen. en de opbrengsten hiervan. Aan een toelichting waarom de verwachte opbrengsten niet zijn gehaald ontbreekt het helaas in de jaarstukken. De DOP vraagt zich af of de raad in juni 2008 wel eerlijk is voorgelicht over de opbrengsten van deze regeling.
----------------------------------------------------------------------------------
Nieuw Dordrecht, 13 mei 2009
DOP: “ZORG OM UITBLIJVEN EXTERNE ONDERSTEUNING PROJECT ATALANTA.”
De besluiten over het Atalanta project (dierenpark / theater / centrum) volgen elkaar in razend tempo op en de externe ondersteuning van de raad bij dit project blijft maar uit.
In april 2009 heeft er een besluit plaatsgevonden voor een bedrag van 1,5 miljoen Euro en in mei moet er over bijna 5,8 miljoen Euro worden besloten. De raad moet hierover oordelen en heeft eind december 2008 besloten dat het inschakelen van een externe deskundige die de raad hierbij gaat adviseren en ondersteunen noodzakelijk is. Het inschakelen van externe deskundigheid was een voorstel van de VVD, PvdA en CDA.
Ton Schoo, fractievoorzitter van de Drentse Ouderen Partij (DOP): “Ik begrijp niet dat VVD, PvdA en CDA akkoord gaan dat alle besluiten van dit project maar doorgaan zonder dat de broodnodige externe deskundigheid voor de raad al geregeld is. Als je in december aangeeft dat je als raad zelf deze deskundigheid mist om besluiten goed te kunnen beoordelen dan moet je hier in het vervolgtraject wel consequenties aan verbinden.”
“Op deze manier wordt de politiek er niet geloofwaardiger op voor de burgers. En voor- en tegenstemmers bij van dit project in december 2008 hebben er geen baat bij dat het project straks helemaal uit de klauwen gaat lopen. Alleen een kritische raad kan dit project tot een succes maken en de burgers van Emmen behoeden voor een debacle” aldus Ton Schoo.
--------------------------------------------------------------------------------
Nieuw Dordrecht, 20 april 2009
DOP DRINGT AAN OP EXTERN ONDERZOEK SCHEPER ZIEKENHUIS
De DOP (Drentse Ouderen Partij) dringt aan op een extern onderzoek over het reilen en zeilen bij het Scheper Ziekenhuis in Emmen rond operaties.
Fractievoorzitter Ton Schoo: “Bij onze partij komen signalen binnen over het bij regelmaat verzetten van operaties waarbij vervolgens de aandacht voor voldoende informatie aan patiënten en de reguliere voor- en nazorg er bij inschiet en / of tekortschiet. Deze problemen blijken zich niet alleen rond maagverkleiningsoperaties voor te doen. Een intern onderzoek van het ziekenhuis zelf lijkt ons dan ook onvoldoende.”
De DOP zal een brief schrijven aan minister Klink van VWS waarin wordt gevraagd om een extern onderzoek door de Inspectie voor de Gezondheidszorg.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
VOLLEDIG VERKIEZINGSPROGRAMMA 2018 - 2022
Wet maatschappelijke ondersteuning – Wmo
Bij de Wmo gaat het om mensen die hulp nodig hebben bij het meedoen in het dagelijks leven. Bij deze hulp kan het gaan om bijvoorbeeld: huishoudelijke hulp, begeleiding in het dagelijks leven, dagbesteding of logeeropvang, begeleid wonen, opvang van dak- en thuislozen, aangepast Wmo-vervoer, toegankelijkheid van gebouwen en van openbaar gebied, maar ook bijvoorbeeld om hulpmiddelen zoals rolstoel of scootmobiel en ook woningaanpassingen vallen onder deze wet.
Onze uitgangspunten
- Dat bij noodzaak zorg, goede professionele zorg en ondersteuning de basis moet zijn.
- Mantelzorg is er voor aanvullende zorg en geen weigeringsgrond voor professionele zorg.
- De toegang tot de zorg moet zowel eenvoudig als vriendelijk zijn en geen verboden toegang.
- Persoonsgebonden budget (PGB) moet een echte keuzemogelijkheid zijn met een eerlijk tarief.
- De gemeente moet op haar website duidelijke en volledige informatie geven.
- Bescherming van privacy door niet onnodig gegevens te vragen en waarborgen van privacy.
- De eigen bijdrage voor zorg en ondersteuning moet betaalbaar blijven.
Participatiewet
In de nieuwe Participatiewet die vanaf 2015 is ingegaan, zijn 3 oude wetten opgegaan. Het gaat om de wetten: Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong); Wet sociale werkvoorziening (Wsw); Wet werk en bijstand (Wwb). Het doel van de nieuwe wet is om mensen zonder werk, mensen met en zonder arbeidsbeperking, ondersteuning te bieden die gericht is op het vinden van werk waar nodig en ook het geven van inkomensondersteuning (bijstand) en participatieregelingen horen hierbij.
Onze uitgangspunten
- Verschillende doelgroepen vragen om verschillende ondersteuning (bv. vakmensen, hoger en lager opgeleiden, ouderen en jongeren, met en zonder werkervaring).
- Kans op langdurig werk centraal stellen i.p.v. ’korte termijn’-banen.
- Werken vanuit de Participatiewet moet lonend zijn.
- Echt werk gaan maken van voldoende arbeidsplaatsen voor arbeidsgehandicapten.
- Voldoende werkplekken van beschut werk voor mensen met de zwaarste arbeidsbeperking.
- Voldoende opdrachten vanuit de gemeente voor de EMCO-groep.
- Bij inkomensondersteuning speciale aandacht voor gezinnen met kinderen, werkenden met een laag inkomen en ouderen met een klein pensioen. Verhoging 110% norm participatieregelingen.
- Een gemeente die actief werk maakt van inkomensondersteuning en niet passief afwacht.
Jeugdhulp
De Jeugdwet is sinds 2015 een volledig nieuwe taak voor gemeenten en is er voor hulp aan kinderen en jongeren onder de 18 jaar, waarbij de ouders/verzorgers een aanvraag voor hulp kunnen doen bij de gemeente. De Jeugdwet is er voor jongeren met alle vormen van beperking: psychiatrisch, verstandelijk, lichamelijk, somatisch en auditief en/of visueel.
Onze uitgangspunten
- De uitgangspunten 1 t/m 6, zoals ook bij de Wmo genoemd.
- Actief ondersteunen van landelijke lobby voor meer geld voor o.a. specialistische jeugdhulp.
Gemeentelijke Schuldhulpverlening
Sinds 2012 is het een wettelijke taak van gemeenten om inwoners met schulden te helpen. Schulden staan vaak niet op zichzelf. Daarom biedt het wettelijk kader voor gemeenten ook ruimte om naast het oplossen van de financiële problemen, aandacht te besteden aan psychosociale problemen, problemen rondom de woonsituatie, gezondheid, verslaving en gezinssituatie.
Onze uitgangspunten
- Inzetten op preventie van schulden.
- Laagdrempelige toegang, door ook hulp bij kleine schulden te bieden om hogere te voorkomen.
- Lagere rentes Gemeentelijke Krediet Bank. Dus niet willen verdienen aan schuldenproblematiek.
Relatie van het gemeentelijke sociaal domein met andere zorgwetten
De maatschappelijke ondersteuning en zorg die gemeenten leveren in de zorgketen (Wmo, Jeugdhulp, Schuldhulp) zijn veelal goedkoper dan zorg uit andere wetten en regelingen zoals die via de Zorgverzekeringswet (Zvw) en Wet langdurige zorg (Wlz). Goede ondersteuning en zorg via gemeenten kan veel duurdere zorg uit andere wettelijke regelingen voorkomen. Op basis van de ervaringen van de afgelopen jaren vindt de DOP dat gemeenten en rijk de volgende punten zouden moeten oppakken:
Problemen die vragen om verbeteringen van de relatie van zorgwetten tussen gemeenten en rijk
- Eerlijke verwachtingspatronen scheppen: Gemeenten kunnen niet alles beter en goedkoper. En het rijk moet bij ingrijpende bezuinigingen ook niet die verwachtingen wekken.
- Vereenvoudiging van wetten: Als rechters al tegenstrijdige uitspraken doen, dan zijn wetten te onduidelijk. Voorkomen moet worden dat burgers te vaak en onnodig een juridisch gevecht moeten beginnen. Te ingewikkelde wetten leiden tevens tot veel onnodige bureaucratie.
- Afstemmen van gemeentelijke wetten met andere zorgwetten: Zonder goede afstemming van zorgwetten is problemen op elkaar afschuiven. Zoiets is op de korte termijn financieel aantrekkelijk, maar nadelig voor de burger. En op langere termijn is het nadelig voor iedereen.
- Langere-termijn-duidelijkheid en zekerheid: Zonder langere-termijn-duidelijkheid in beleid en beschikbaarheid van financiële middelen is echt investeren voor gemeenten (te) risicovol.
Concrete voorstellen van de DOP ter verbetering van het sociaal domein
Wat: Wmo-taxivervoer zonder keuring beschikbaar stellen voor mensen boven de leeftijd van 75 jaar.
Waarom: Voorkomen van sociaal isolement als ouderen minder mobiel worden.
Wat: Kleine reparaties en onderhoud van hulpmiddelen door gemeente of EMCO-groep/ Buurtsupport laten uitvoeren. Bijvoorbeeld reparatie lekke of lege band rolstoel/scootmobiel.
Waarom: Scholing en werk voor de doelgroep Participatiewet. Betere service aan gebruikers.
Wat: Standaard bij elk huisbezoek informatie verstrekken over inkomensondersteunende maatregelen van rijk en gemeente. Met daarbij tevens informatie over organisaties die hierbij kunnen helpen.
Waarom: Voorkomen dat mensen onnodig in de financiële problemen komen door geen beroep te doen op inkomensondersteuning vanwege onbekendheid met regelingen of complexiteit van regelingen.
Financiën en overig beleid van de gemeente
Bij de raadsverkiezingen van 2014 was er nog veel onduidelijkheid over de inhoud van de grote veranderingen en bezuinigingen in het sociaal domein. Deze grote veranderingen hebben vanaf 2015 echter voor veel mensen wel grote gevolgen gehad. Nu, bij de raadsverkiezingen van 2018, zitten er opnieuw veranderingen en bezuinigingen aan te komen op het gebied van het sociaal domein, op andere beleidsterreinen en ook op het gebied van verruiming van het gemeentelijk belastingbeleid. Nu nog onbekende veranderingen die gevolgen gaan hebben voor veel beleidsterreinen van de gemeente.
Gemeentelijke lasten: Als DOP vinden we dat de woonlasten in de gemeente beperkt dienen te blijven. Door het huidige college is de stijging van de woonlasten beperkt gebleven en zij verdienen daarvoor een compliment. Hoe een eventuele verruiming van het gemeentelijk belastingbeleid er uit zal zien, of deze gekoppeld blijft aan de woonlasten en wanneer deze ingaat, is nu nog niet bekend.
Ambities: Ambities waarmaken draait volgens de DOP om de dingen stap voor stap te doen, om kritisch te zijn en te blijven van begin tot eind. Het draait om tijdig durven bijsturen en ook om fouten durven toegeven. Het is steeds weer nadenken en doen tegelijk.
Economie: De DOP heeft de Kadernota Economie gesteund net als de gehele raad en de DOP ondersteunt daarmee de 7 uitgezette actielijnen. Een aparte, jaarlijkse evaluatie heeft voor de DOP de voorkeur boven evaluatie bij alleen de begroting, zoals nu is afgesproken.
Energiebeleid: Het huidige, gemeentelijke energiebeleid voor besparing en meer duurzame energie is een goede richting voor wat betreft particulieren en de geboden ruimte voor burgerinitiatieven. Het beleid t.a.v. bedrijven is echter te mager, omdat bedrijven de grootste energieverbruikers zijn. Gelukkig neemt het besef toe dat de energietransitie niet kan door hoofdzakelijk van burgers veel te vragen.
Wonen: De DOP ondersteunt de vastgestelde woonvisie. Belangrijk aandachtspunt is echter wel dat voor langere termijnplanning en investering in wonen, door gemeente, woningcorporaties, bedrijven en particulieren, duidelijkheid nodig is voor een langere periode. Het rijk moet die duidelijkheid geven.
Onderhoud groen en grijs: Groen en grijs behoren in orde te zijn, om overlast voor bewoners te voorkomen. Ook achterstallig onderhoud moet hierbij voorkomen worden.
Verdeling van middelen tussen dorpen, wijken en centrum: Een eerlijke verdeling over dorpen en wijken van beschikbare middelen en ook in bestuurlijke aandacht.
Verenigingen en vrijwilligers: De gemeente Emmen kent op vele terreinen een actief verenigingsleven met veel actieve vrijwilligers. Dat is mooi en belangrijk, want dat zorgt voor levendigheid en verbondenheid in de samenleving. De gemeente moet daarom verenigingen voldoende faciliteren mede om zo te voorkomen dat vrijwilligers overvraagd worden.
Veiligheid: Bij een leefbare buurt en woonomgeving behoort dat mensen veilig zijn en zich veilig voelen. Om de veiligheid te waarborgen zijn wij o.a. voor cameratoezicht en ook meer blauw op straat.
Grote projecten – o.a. Wildlands en Centrumvernieuwing Emmen
Nu na 2 jaar blijken helaas o.a. de bezoekersaantallen van Wildlands tegen te vallen, de parkeer-opbrengsten in het centrum tegen te vallen en ook het aantal overnachtingen in Emmen tegen te vallen. Behalve een kritisch geluid vooraf bij deze projecten heeft de DOP de laatste jaren ook steeds voor nazorg gepleit en zal dat blijven doen. De eerste verantwoordelijkheid ligt volgens de DOP nu bij het college. Wij denken dat alle voor- en tegenstemmers van het project, zich er van bewust zijn dat de al gedane investeringen een succes moeten worden in het belang van de gemeente Emmen en de regio.
Windmolendossier
TERUGBLIK: In 2014 hebben we bij de gemeenteraadsverkiezingen aangegeven tegen windmolens te zijn, net als verscheidene andere partijen. Hebben wij of andere tegenstanders daarmee toen te gemakkelijk verwachtingen gewekt? Of hebben de collegepartijen hun standpunt „te streven in Emmen naar geen windmolens” te snel en te gemakkelijk richting de provincie opgegeven? Of is de provincie te gemakkelijk aan de in Emmen levende weerstand voorbijgegaan? Dat is aan u om over te oordelen.
HUIDIGE STAND VAN ZAKEN: De regie voor de plaatsing van windmolens ligt weer bij de gemeente. De locaties zijn aangewezen, waarbij gestreefd is om overlast te beperken en omwonenden te laten profiteren. De voorwaarden waaronder bedrijven windmolens mogen plaatsen zijn vastgelegd. Maar de afgesproken maximale hoogte van de windmolens, een van de voorwaarden, wordt nu door bedrijven als te laag gezien om rendabel te kunnen/willen investeren. De voortgang van de plannen ligt nu stil, en onduidelijk is of het wel of niet binnen de huidige voorwaarden kan of dat deze aangepast worden.
STANDPUNT: Hoe dan ook, de Drentse Ouderen Partij (DOP) was in 2014 TEGEN windmolens in de gemeente Emmen, heeft de afgelopen 4 jaar steeds TEGEN gestemd bij voorstellen hierover en de Drentse Ouderen Partij (DOP) blijft ook nu TEGEN windmolens in de gemeente Emmen! Dat de gemeente de energieopgave voor windmolens niet mag vervangen door andere vormen van schone en duurzame energie is een gemiste kans van zowel rijk als provincie. Want zo zijn windmolens tot doel op zich geworden en niet meer één van de mogelijkheden om tot meer duurzame energie te komen.
Functioneren van de gemeentelijke democratie
In hoog tempo hebben de gemeenten er de laatste 15 jaar nieuwe taken bij gekregen. Over dit beleid moeten burgers en organisaties in voldoende mate kunnen meepraten en meedenken. Rijk en gemeenten zoeken en experimenteren dan ook met nieuwe inspraakvormen. Hierbij zou het rijk volgens de DOP een aantal zaken beter kunnen doen. Maar gemeenten zouden ook nog meer kunnen doen.